De meisjes in Nederland zijn ongelukkiger dan vijf jaar geleden, blijkt uit een onderzoek van de Universiteit Utrecht, het Trimbos-instituut en het Sociaal en Cultureel Planbureau. Ruim een derde van de meisjes uit groep acht en bijna de helft van de meisjes in het voortgezet onderwijs kampt met psychische of emotionele problemen. De verslechtering van de mentale gezondheid van jongeren hangt voor een groot deel samen met de coronapandemie. Maar, vraagt eindredacteur Gerda zich af: welke rol spelen ik en mijn generatie in deze toenemende psychische problematiek bij jonge meisjes?
Het aantal meisjes dat met psychische problemen kampt is sinds 2017 fors toegenomen. In dezelfde week dat de resultaten van dit onderzoek gepresenteerd werden, kwam ook het nieuws naar buiten dat het aantal jonge vrouwen dat antidepressiva slikt met zeker twintig procent gestegen is. Je zou dus voorzichtig kunnen concluderen dat het over het algemeen niet goed gaat met de Nederlandse jonge vrouw. Of althans, minder goed dan een aantal jaar geleden. Volgens de onderzoekers valt de verslechtering van de mentale gezondheid van jonge vrouwen samen op met de coronacrisis. Maar ook de verdubbeling van het schoolwerk en de verwachtingen van ouders en docenten worden genoemd als mogelijke boosdoener.
Ze moeten alles kunnen
In een interview dat NRC op 16 september hield met vier middelbare scholieren en hun schoolmaatschappelijk werker, las ik dat veel jonge meisjes het gevoel hebben dat ze perfect moeten zijn. Ze moeten goede cijfers halen, een groot sociaal netwerk hebben, genoeg geld verdienen met een bijbaantje, spetterende hobby’s beoefenen en er ook nog een beetje goed uitzien. En hun veelvuldige gebruik van social media maakt het daar niet beter op. Ik als tweeëndertigjarige merk al al hoe vaak ik mezelf vergelijk met de vrouwen in mijn feed. Terwijl ik hooguit een paar minuten per dag op Instagram zit. Dus wat doen apps als TikTok en Instagram dan wel niet met jonge, beïnvloedbare meisjes?
De analyse van schoolmaatschappelijk werker Simone de Jong luidde in het NRC als volgt:
‘Hun moeders zijn van de eerste generatie vrouwen voor wie het heel normaal is om veel te werken. Tegelijkertijd werd van die generatie moeders ook nog verwacht dat ze het gezin draaiende houden. Misschien is dat wat hun dochters ook voelen: dat ze alles moeten kunnen.’
Een soort gemeengoed
Toen ik dit las, gingen bij mij alle alarmbellen rinkelen. Mijn dochter is weliswaar nog maar twee, maar ook ik ben zo’n werkende moeder die tegelijkertijd ook nog het gezin draaiende probeert te houden. Ik kan mezelf nu indekken door te zeggen dat ik parttime werk en samen ben met een behoorlijk geëmancipeerde man. En het is toch niet meer dan logisch dat ik mijn dochter graag wil meegeven dat je als vrouw ook gewoon een carrière mag hebben en nastreven? Want waarom zou je als vrouw niét je dromen mogen najagen? Maar, vraag ik me nu af, hoe groot is de druk die ik daarmee op haar schouders leg?
Heel eerlijk? Ik merk dat ik er moe van word. Van vrouw zijn. Al mijn hele leven lang heb ik het gevoel dat ik mezelf moet bewijzen. Dat ik moet laten zien dat ik net zoveel in mijn mars heb als de man. Ik voel me een soort gemeengoed, waar iedereen wat van mag vinden. Mannen op straat mogen me aanklampen, achtervolgen, de meest verschrikkelijke dingen naroepen waar ik nachtlang van wakker lig. Alleen maar omdat ik vrouw ben.
Daarnaast moet ik ambitieus zijn, maar niet te, want dan ben ik kennelijk geen goede moeder. Ik moet veel tijd met mijn kind doorbrengen, maar ook een glansrijke carrière hebben – want waar moet ik anders over vertellen op de feestjes die ik sporadisch bezoek? Om nog maar te zwijgen over het knagende gevoel in mij dat ik altijd bloedmooi en slank moet zijn, rimpelloos ouder moet worden en altijd gladgeschoren benen moet hebben.
Ik ben er klaar mee
Ik ben een rasfeminist, maar ergens ben ik er ook een beetje klaar mee, met dat maar blijven opkomen voor vrouwenrechten. Juist doordat ik het zo belangrijk vind dat mannen en vrouwen dezelfde rechten hebben, lukt het me in mijn eigen leven nog maar nauwelijks om alle ballen in de lucht te houden. Mag ik niet meer gewoon zijn wie ik ben, vraag ik me soms af? Gewoon Gerda, weliswaar met meer vrouwelijke dan mannelijke kenmerken, maar toch gewoon Gerda? Gerda met een baan én een kind? Gerda die ’s zomers haar benen scheert, maar ’s winters soms niet? Gerda die haar werk superleuk vindt en er daarom voor kiest om haar kind naar de opvang te brengen en het huis dan maar ietsje minder vaak schoon te maken?
Jonge meisjes hebben het idee dat ze alles moeten kunnen. En dat vind ik niet zo gek. Want dat is het voorbeeld dat wij dertigers hun meegeven. ‘Laat zien dat je onafhankelijk bent. Houd al die ballen maar in de lucht.’ Begrijp me niet verkeerd, ik ben niet tegen onafhankelijkheid. Maar ik vind het wel ingewikkeld dat het anno 2022 nog steeds de vrouwen zijn die over het algemeen alle ballen hoog moeten houden. Volgens mij kan dat anders.
Mannen aan de bak
Wanneer mannen zich wat meer met het gezinsleven gaan bemoeien, krijgen vrouwen meer de ruimte om te kiezen voor dat wat ze écht leuk en belangrijk vinden. Dat kan hun werk zijn, maar ook hun eventuele gezin. Of allebei. En daarmee leer je jonge meisjes dat ze vrij zijn om hun hart te volgen, omdat het leven op de juiste manier inrichten iets is wat je samen doet.
Welk voorbeeld willen wij vrouwen deze jonge, worstelende meisjes meegeven? Nou, ik ga in elk geval mijn best doen om wat meer gas terug te nemen. Om hier en daar een bal te laten vallen. En als we dan allemaal besluiten te doen, misschien gaan de mannen in onze omgeving dan eindelijk leren dat ze toch echt zelf de handen uit de mouwen moeten steken als ze iets gedaan willen krijgen.
3 gedachten over “Welke rol speelt onze generatie in de mentale problemen van jonge meisjes?”
Ik heb zelf een dochter van bijna 9, maar denk echt dat we eigenlijk collectief met insta/tiktok zouden moeten stoppen 😎 Ik bedoel: mijn generatie (tienertijd eind 90/begin 00) is helemaal obsessed geworden met zo dun mogelijk zijn door alle Xtina’s en Britney’s. Daar komen we 20 jaar na dato achter, dus miss leren van wat media met je doet en die slechte invloed nu zoveel mogelijk beperken?
Ik ben 46 single en ik heb geen kinderen, ik vind dat we als vrouwen ook gewoon moeten kiezen waar de aandacht naar toe gaat, is dat kind/gezin, carrière of status?
Waarom zijn wij vrouwen meer gaan doen?
En voor de sociale media waren de vrouwen magazines er al met allemaal het zelfde recept, hippe diëten en de beste recepten en modeitems of stylingstips en soms tips en adviezen rondom opvoeden…
Een sterke vrouw, wie zal haar vinden?
Zo het nu lijkt bestaat die vrouw niet.
Ook de vrouw kan niet alles en dat hoeft ook niet.
Beste Gerda,
Als 63-jarige mannelijke vrijgezel zeg ik al jaren dat ik de huidige jonge vrouw niet benijd. Toen ik weer eens las over de toenemende hoeveelheid psychische problemen van meisjes op de middelbare school vroeg ik me af of dat iets met het feminisme te maken kon hebben. Al googelend op dit mogelijke verband kwam ik bij jouw column uit.
Ik denk dat er een verband kan zijn. Feminisme (en emancipatie) dragen immers globaal gesproken de boodschap uit dat er geen ongelijkheid is en mag bestaan tussen vrouwen en mannen. De stap naar dat je als vrouw van alles moet is dan snel gemaakt.
Natuurlijk, van de ~9 miljoen vrouwen in Nederland zijn er zat waarvoor dat geen probleem is. Maar jij bent jij. Je bent een beginner, moet er achter komen wat jou ligt, moet wellicht vaker ‘nee’ leren zeggen, enz. Ofwel: je moet leren leven, de wereld en jezelf leren kennen als jonge vrouw. Op grond daarvan kun je geschikte keuzes maken voor jezelf.
Samengevat: het feminisme (en emancipatie) suggereert dat de jonge vrouw dingen moet, maar ze moet gewoon doen wat zij persoonlijk kan en wil.
Bedankt voor je stukje!
Jos Groot