Rietje is 61 en lijkt haar leven goed op de rit te hebben. Ze werkt als psychosociaal therapeut en begeleidt al jarenlang vrouwen bij hun zoektocht in en door het leven. Maar ineens voelt ze het verlangen in zich opborrelen om het roer van haar éigen leven om te gooien. Durft ze los te laten wat ze in de afgelopen jaren zo zorgvuldig heeft opgebouwd? Op Meet you in the field deelt ze een stukje van haar zoektocht.
Voor de zoveelste keer in mijn leven de boel overhoop gooien? Als ik niet precies weet wat er komt? Als ik alleen maar weet wat ik los ga laten? En waarom zou ik los gaan laten wat ik met zoveel zorg en toewijding heb opgebouwd?
Op zoek naar vrijheid
Mijn lichaam was als eerste om het me aan te geven. Ik raakte uitgeput en kreeg het gevoel dat ik in rondjes draaide, doordraaide. Benauwd. Langzaamaan begon ik te beseffen wat me dit benauwde gevoel gaf. Ik voel me als therapeut meer en meer gevangen in een systeem dat aangestuurd wordt door ziektekostenverzekeraars via de beroepsvereniging waar ik bij aangesloten ben. Want dat moet. En er is steeds meer dat moet. De ene regel en verplichting volgt de andere op. Vrijheid wordt ingeperkt.
Ook is het zo dat ik altijd een spiritueel zoeker ben geweest. Een zoeker in vrijheid. Omdat ik als therapeut veel cliënten heb die christen zijn, voel ik me soms minder vrij. Word ik nogal eens met godsbeelden geconfronteerd die voor mij verleden tijd zijn en waar ik bewust afscheid van genomen heb. Ik wil verder. Nog meer op zoek. Naar waarheid, naar echtheid, naar liefde, waar die ook maar te vinden is.
Het lied van de duif
Ik besef: ik vlieg niet meer in vrijheid, ik loop dus rondjes. Net als de duif die vlak bij het raam waar ik zit aan het rondjes draaien is tot ze uiteindelijk opvliegt, haar vleugels roze-paars glanzend in de zon. Ze valt me op, het is alsof ze me iets te zeggen heeft. Betekent ze iets voor mij? Als ik twee dagen later een tekst in Hooglied opzoek, kan ik haast niet geloven wat er in het 2e hoofdstuk staat over de duif die uitgenodigd wordt uit de rotskloof te komen. Maar ook het volgende, zoals het in mijn TPT-bijbel (The Passion Translation) staat:
‘I hear the cooing of doves in our land, filling the air with songs to awaken you and guide you forth.’ En: ‘For now is the time to arise and come away with me.’
~ Hooglied 2, vers 12, 14 & 17
Het komt binnen, want mijn hart staat open om te horen, om te ontvangen. Ik weet dat mijn hart de weg weet.
Gooi je net uit aan de andere kant
Mijn hoofd zegt: gewoon doorgaan. Je hebt het al die tijd volgehouden, je kunt het ook nu. Wat je door de jaren heen zo mooi hebt opgebouwd is toch heel kostbaar? Dat ga je toch niet zomaar weggooien? Financieel is dit echt niet handig. Ga je dat wel halen? Pffff, veel te veel onzekerheid!
Mijn hart vangt andere dingen op. Daar, in de rust, ontvang ik het een na het ander. Ik sta mijn tanden te poetsen en ineens zijn er deze woorden: ‘Gooi je net uit aan de andere kant.’ Ze dreunen door me heen en ze vinden bodem vanbinnen. Ik wandel in ‘ons’ park. In de rust van het lopen in deze schoonheid gaat door me heen: Een nieuwe aarde. Zijn we daar al dichtbij? Wanneer gaat die komen? Hoe gaat die komen? Ik besef dat ik geloof dat God met een vingerknip de hele boel vernieuwen kan. Ik weet niet hoe, maar ik vertrouw gewoon dat het mogelijk is. Dan komt bij me: ‘Ik zal het door mensen heen doen, want Ik werk altijd door mensen heen.’ Wow, als mens krijg ik er dus plek in. Het zal niet zonder mij gebeuren.
Doe je mee?
En ineens voel ik de uitnodiging door me heen gaan: ‘Doe je mee?’ Ik? Of ik mee wil doen? Meedoen met de aarde nieuw maken? Er borrelt van alles in me op. Er gaat een scheut adrenaline door me heen zoals ik als kind voelde als de juf vroeg: ‘Wie wil me helpen?’ En ik voel me als het kind dat haar vinger hoog in de lucht doet en haar buik overstrekt en bijna los van haar stoeltje komt. ‘Ik juf, ik!’ Hard hopend: ‘Kies mij!’
Ik kies: ik ga los laten. Diep vanbinnen weet ik dat ik de juiste weg aan het gaan ben, dat ik op weg ben om te gaan vliegen.
Ik ben nu 61 jaar. Ik hoop dat ik nog een groot aantal goeie jaren voor me heb liggen. Tien, twintig, misschien nog meer? Ik weet nu met zekerheid dat ik geen één van die goeie jaren wil gebruiken voor iets waar ik niet helemaal achter sta, wat niet helemaal past bij wie ik ben. Ik wil gewoon geen tijd verloren laten gaan! Wat bevrijdend dit! En wow, ik had dit ook op m’n 51e kunnen zeggen of op m’n 41e of nog eerder!
De reiger
Hoe de toekomst eruit gaat zien weet ik niet. Er komen zeker al dromen boven, maar ik wil ze laten voor nu. Wat ik verlang is om bezinningstijd te nemen, leegte in te stappen. Om het eens even niet meer te weten of in te vullen. Ik wil gewoon op de bodem gaan zitten, kaal, naakt. Het niet oplossen vanuit m’n denken en (over)wegen. Ik wil op antwoord wachten wat vanuit m’n hart naar boven komt. Ik vertrouw dat er iets is, dat het naar me toe zal komen.
Ik heb op mijn fietstocht drie keer een reiger vlakbij me. Deze visser weet intuïtief waar ze moet zijn om te vissen, waar het een goeie plek is. En ze kan wachten, bewegingloos! Ze wacht tot de vis naar haar toekomt en hapt dan toe!
Die plek wil ik vinden vanuit hoe mijn hart, mijn intuïtie, God in mij spreekt. Daar zal ik wachten. Daar werp ik het net uit. En de vissen… die zullen er zijn in overvloed.
2 gedachten over “Het roer om… Maar durf ik dat wel?”
Wat mooi geschreven! Vooral van de reiger
Pingback: Jezus: de concurrent van yoga | Meet you in the Field